Rokado en RSR Ivoren toren, twee aan de staart van de
ranglijst bungelende teams uit de Rotterdamse Schaakbond, vochten het afgelopen
zaterdag in een erop of eronder duel uit maar de uitkomst van 4-4 leverde
uiteindelijk om half zeven in de avond, nadat de partij van Frank was beëindigd,
slechts een uitstel van executie op. De werkelijke beslissingen over degradatie
dan wel lijfsbehoud zullen pas vallen in de twee slotrondes op 1 april en 6
mei.
Ivoren Toren trad aan in zijn min of meer vaste opstelling. Dus
zonder onaangename 2100+ verrassingen nu de nood aan de man was. Op hun achtste bord moesten ze zelfs een
beroep doen op invaller Michael Fung (1870). Je zou zeggen een uitgelezen kans op
een vol punt met wit voor Marco, die
een gaatje in zijn agenda had kunnen vrijmaken en graag weer eens wilde meespelen
voor ons geliefde team. Dat volle punt kwam er niet na een vrij matte partij
waarin wits voordeeltje snel was weggesieperd. In de slotstelling zat geen
muziek en er werd flux tot remise besloten.
Remise, daar had Han’s
tegenstander ook wel trek in. Maar Han niet. Dus het aanbod werd afgewimpeld en
dat was kennelijk tegen het zere been. Uit zijn concentratie gebracht beging
Torczynski (2024) in een vrij overzichtelijk ongelijk loper eindspel een
blunder die hem nog een extra pion kostte. En dat was ook in dit doorgaans
remise-achtige eindspel teveel van het goede. Overigens werd de goede harmonie
na afloop weer hersteld, schijnt het.
![]() |
Han zag er de humor wel van in |
Anderhalf tegen een half met mooie perspectieven: Matthias had het weliswaar zwaar te
verduren tegen van Ruitenburg, maar daar stonden prachtige stellingen tegenover
van Frank (met een pion en kwaliteit
meer stond hij op winst) en Ben en Rex allebei met een pion in de plus. De
stelling van Hans was zeer
onduidelijk en Wilbert verdedigde
een minder eindspel. Per saldo zag het er dus niet verkeerd uit.
Ben haalde het
punt inderdaad binnen tegen Paul Tromp (2005) door een eerder buitgemaakte pion
op systematische wijze naar winst te voeren in een toreneindspel wat er nog
helemaal niet zo gemakkelijk uitzag.
Daar stond de partij van Matthias tegenover die de hele middag al had zitten keepen tegen
Joost van Ruitenburg (2312). De druk werd zo hoog opgevoerd dat Matthias met
bal en al over de doellijn werd gedrukt. Verliespunt voor Rokado.
Ook Wilbert kon
tot eigen frustratie geen vuist maken. tegen Philip Westerduin (2002) was hij
terecht gekomen in uitzichtloos eindspel van passieve loper en toren tegen
actieve stukken van wit en in het proces was er ook al een pion van het bord
verdwenen. Het witte spel leek zich
vanzelf te spelen en er was op den duur geen houden meer aan. Spanning terug in
de wedstrijd met 2.5 punt elk.
Rex’ voordeel was
intussen geheel vervluchtigd. Zijn tegenstander Jason Zondag (2026) deed louter
goede, degelijke zetten waarna er een toreneindspel met een minus-pion
ontstond. Gehaaid offerde Rex zijn enig overgebleven pion in ruil voor
activiteit van zijn koning. Die activiteit was ook voldoende voor remise.
![]() |
Slotfase uit de partij van Frank tegen Harmen van de Werken |
De vorstelijke positie die Frank eerder op het bord had, was door scherp tegenspel van zijn
tegenstander Harmen van de Werken (2073) inmiddels veranderd in een stelling
die ruïne-achtige trekjes had gekregen. Zijn koning was onder vijandelijk vuur van
zwarts zware stukken komen te liggen en het leek een kwestie van tijd voordat
hij verstrikt zou raken in een matnet. Zo ver kwam het gelukkig niet. Frank
maakte dankbaar gebruik van enkele onnauwkeurigheden door her en der wat
stukken te ruilen en te vluchten naar een eindspel met ongelijke lopers en een
pion minder. Dit eindspel was dus wél remise. Toch nog een geweldige opluchting
voor Rokado, ondanks de eerdere zonnige perspectieven die middag.
Met nog twee uitwedstrijden te gaan tegen Phildor Leiden op
1 april en tegen Paul Keres II in Utrecht op 6 mei zijn er dus nog volop
perspectieven op lijfsbehoud. Moet kunnen zou je zeggen.
Rick