zondag 12 maart 2017

Erop of eronder wedstrijd eindigt onbeslist

Rokado en RSR Ivoren toren, twee aan de staart van de ranglijst bungelende teams uit de Rotterdamse Schaakbond, vochten het afgelopen zaterdag in een erop of eronder duel uit maar de uitkomst van 4-4 leverde uiteindelijk om half zeven in de avond, nadat de partij van Frank was beëindigd, slechts een uitstel van executie op. De werkelijke beslissingen over degradatie dan wel lijfsbehoud zullen pas vallen in de twee slotrondes op 1 april en 6 mei.

Ivoren Toren trad aan in zijn min of meer vaste opstelling. Dus zonder onaangename 2100+ verrassingen nu de nood aan de man was.  Op hun achtste bord moesten ze zelfs een beroep doen op invaller Michael Fung (1870). Je zou zeggen een uitgelezen kans op een vol punt met wit voor Marco, die een gaatje in zijn agenda had kunnen vrijmaken en graag weer eens wilde meespelen voor ons geliefde team. Dat volle punt kwam er niet na een vrij matte partij waarin wits voordeeltje snel was weggesieperd. In de slotstelling zat geen muziek en er werd flux tot remise besloten.

Remise, daar had Han’s tegenstander ook wel trek in. Maar Han niet. Dus het aanbod werd afgewimpeld en dat was kennelijk tegen het zere been. Uit zijn concentratie gebracht beging Torczynski (2024) in een vrij overzichtelijk ongelijk loper eindspel een blunder die hem nog een extra pion kostte. En dat was ook in dit doorgaans remise-achtige eindspel teveel van het goede. Overigens werd de goede harmonie na afloop weer hersteld, schijnt het.


Han zag er de humor wel van in

Anderhalf tegen een half met mooie perspectieven: Matthias had het weliswaar zwaar te verduren tegen van Ruitenburg, maar daar stonden prachtige stellingen tegenover van Frank (met een pion en kwaliteit meer stond hij op winst) en Ben en Rex allebei met een pion in de plus. De stelling van Hans was zeer onduidelijk en Wilbert verdedigde een minder eindspel. Per saldo zag het er dus niet verkeerd uit.

Ben haalde het punt inderdaad binnen tegen Paul Tromp (2005) door een eerder buitgemaakte pion op systematische wijze naar winst te voeren in een toreneindspel wat er nog helemaal niet zo gemakkelijk uitzag.

Daar stond de partij van Matthias tegenover die de hele middag al had zitten keepen tegen Joost van Ruitenburg (2312). De druk werd zo hoog opgevoerd dat Matthias met bal en al over de doellijn werd gedrukt. Verliespunt voor Rokado.

Ook Wilbert kon tot eigen frustratie geen vuist maken. tegen Philip Westerduin (2002) was hij terecht gekomen in uitzichtloos eindspel van passieve loper en toren tegen actieve stukken van wit en in het proces was er ook al een pion van het bord verdwenen.  Het witte spel leek zich vanzelf te spelen en er was op den duur geen houden meer aan. Spanning terug in de wedstrijd met 2.5 punt elk.

Rex’ voordeel was intussen geheel vervluchtigd. Zijn tegenstander Jason Zondag (2026) deed louter goede, degelijke zetten waarna er een toreneindspel met een minus-pion ontstond. Gehaaid offerde Rex zijn enig overgebleven pion in ruil voor activiteit van zijn koning. Die activiteit was ook voldoende voor remise.

Slotfase uit de partij van Frank tegen Harmen van de Werken



De vorstelijke positie die Frank eerder op het bord had, was door scherp tegenspel van zijn tegenstander Harmen van de Werken (2073) inmiddels veranderd in een stelling die ruïne-achtige trekjes had gekregen. Zijn koning was onder vijandelijk vuur van zwarts zware stukken komen te liggen en het leek een kwestie van tijd voordat hij verstrikt zou raken in een matnet. Zo ver kwam het gelukkig niet. Frank maakte dankbaar gebruik van enkele onnauwkeurigheden door her en der wat stukken te ruilen en te vluchten naar een eindspel met ongelijke lopers en een pion minder. Dit eindspel was dus wél remise. Toch nog een geweldige opluchting voor Rokado, ondanks de eerdere zonnige perspectieven die middag.

Met nog twee uitwedstrijden te gaan tegen Phildor Leiden op 1 april en tegen Paul Keres II in Utrecht op 6 mei zijn er dus nog volop perspectieven op lijfsbehoud. Moet kunnen zou je zeggen.

Rick