zondag 31 maart 2013

Nabeschouwing Rokado - Messemaker 1847 2

Nog even terugkomend op een aantal stellingen en partijfragmenten van de wedstrijd van vorige week vrijdag, moet ik constateren dat een tevreden gevoel overheerst - uiteraard, we zijn gepromoveerd! - maar heb ik wel een keuze moeten maken vanwege de kwantiteit. Omdat Frank en Sander tegen hun eerste competitienederlaag van dit seizoen aanliepen laat ik deze twee puntenmachines gewoon lekker met rust. Opvallend is dat ook in de vorige ronde twee Rokado-puntenmachines, Ben en Marco, gelijktijdig besloten hun tot dan toe ongeslagen competitiestatus in te leveren om het allemaal een beetje spannender te maken. Dat dergelijke gebeurtenissen een uitzondering zijn bewezen zij deze ronde weer. Ook Hans hoort uiteraard in dit rijtje thuis, ook hij verloor deze competitie slechts één keer en wel tegen 3-Torens. Zo blijft dit seizoen alleen Rick ongeslagen, zowel in de beker als in de competitie, misschien een ideetje om hem één of twee bordjes te laten opschuiven, vóór zijn rating naar ongekende hoogten stijgt. Deze lofzang afsluitend: theoretisch kunnen 5 Rokadospelers dit jaar in de top 10 van de promotieklasse eindigen, heel misschien zelfs nog 6 als Leo zijn laatste partij weet te winnen.

In de partij van Leo tegen Kees Vermijn was de stelling na de 23e zet van wit:


Don Leo heeft zojuist het in feite beslissende 23. Pf3-g5 gespeeld. Zwart staat verschrikkelijk klem tegen de achterlijn en zit hevig naar lucht te happen. Een sprankje hoop zou nog geven 23. …. f6 24. Pf7+ Txf7 24. Lxf7 om dan te vervolgen met 24. …. Lc6 of 24. …. La4.

Nog iets beter dan 23. …. f6 is 23. …. f5, waarop wit weliswaar veel keuze heeft, maar niet direct een beslissing kan afdwingen, na bijvoorbeeld 24. Tc1 Tc8 25. Pe6 Lxe6 26. Lxe6 Txc1 27. Txc1 Db8 28. gxf5 gxf5 29. Kh1 De8 30. Tg1 (of Dg2) Dh5 31. Dg2 (of Tg1) Dg6 32. Dxg6 hxg6 33. Txg6 f4 34. Lc1 en na 34. …. Ph6 of 34. … Kh7 dwingt zwart in elk geval nauwkeuriger tegenspel af dan in de partij het geval was.

Zwart koos echter voor een desperate uitval in de hoop (ook) een kwaliteit te kunnen winnen met 23. …. La4? Dit vraagteken staat er omdat Leo de partij direct uit had kunnen maken door 24. Txf7! met onder andere de vernietigende dreiging 25. Txg7, zodat de toren op d1 niet geslagen kan worden en zetten als 24. …. h6 (i.v.m. 25. Pe6) en 24. …. Dd7 (i.v.m. Tdf1) alleen maar benadrukken hoe hopeloos zwart ervoor staat.

Toch was Leo’s rustige voortzetting 24. Tde1 ruim voldoende voor het binnenhalen van de volle buit, er volgde nog 24. …. Le8 (f6) 25. Lxf7 Db6 26. Lxe8 Taxe8 27. Pf7+ (eerst d5 lijkt iets sterker) Txf7 28. Txf7 De6 29. Tf3 en zwart gaf het maar op.

Kort daarna was de partij van Rick in een beslissende fase gekomen. Na 15 zet van wit stond het zo:


Rick heeft zojuist 15. Pg5 gespeeld en pionverlies is niet te voorkomen voor zwart. Bijvoorbeeld na 15. …. Pf6-d5 wegens 16. e4 P7b6 17. Db3 h6 18. Pxf7 (of 18.exd5 hxg5 19. dxc6 bxc6 20. Lxg5 Dxg5 21. Dxb6 Dd5 22. Tac1 enz. ) Kxf7 19. exd5 cxd5 20. Lf4 Pc4 21. Dxb7 Te7 22. Db5 enz. Een ander mogelijkheid is 15. …. De7 16. La3 c5 17. dxc5 Pe5 18. Db3 Pfg4 19. f4 Pc6 20. Tae1 h6 21. Pf3 enz.

Zwart koos echter voor de wat mindere verdediging 15. …. Te7? Zodat wit na 16. La3 c5 17. Lxc5 Pxc5 18. Dxc5 de pion won bij een prettiger stelling dan in de genoemde varianten. Er volgde 18. …. Tac8 19. Df5 Tc4 20. Tfc1 Tec7 21. Txc4 Txc4 waardoor wit zijn positie langzaam kon verbeteren.

Na de 37e zet van zwart (na 36. …. Ta2 37. Tb8+ Kh7) was de volgende stelling bereikt:


Wit moet wat tegen de matdreiging op g2 doen en koos terecht voor 38. Dg3.

Zwart had hier de keuze tussen 38. …. Dxg3 39. Kxg3 g5 (op 39. …. a4 volgt zeer fraai 40. Kf4! omdat 40. …. Txg2 dubieus is vanwege 41. Ta8 en wit heeft een beslissend tempo gewonnen door het aangenomen offer van zijn g-pion; wit staat dan opeens finaal gewonnen, er is geen enkel verweer voor zwart tegen de dreigingen 42. d6 of 42. Ke5, bv 41. … f6 42. Kf5 Tf2 43. Kxe6 Txf3 44. d6 enz.)

De zijsprong was wat uitgebreid, maar we bekijken nu twee varianten na 39. …. g5. Fritz geeft na lang rekenen een ruime +2 aan 40. Ta8 Kg6 41. Ta6+ Kg7 42. f4 Ta4/gxf4. De voorkeur lijkt echter te gaan naar 40. f4 en dan bijvoorbeeld 40. …. a4 41. Ta8 Kg6 42. Ta6+ Kg7 43. e5 gxf4+ 44. Kxf4 Kf8 45. g4 a3 46. Txh6 Tf2+ 47. Kg5 a2 48. Ta6 en het is een kwestie van tijd voordat zwart de vlag moet strijken.

Het spel verliep anders omdat zwart de dames niet ruilde maar het niet al te sterke 38. …. Da6 speelde. Het verloop was verder 39. d6 Da7 40. Tb1 (Te8/f8) d4? (Dd7) 41. Df4 Dd3 42. Df5+ en zwart gaf het op.

Maar ik ben nog niet tevreden omdat ik eindelijk eens een toreneindspel wil behandelen, ook al is het niet op het bord gekomen. Maar het had op het bord kùnnen komen. Tijdens de partij was het mijn stellige overtuiging dat Rick niet 38. Dg3, maar 38. Dg4 zou moeten spelen omdat duidelijk was dat zwart de dames dan wel zou moeten ruilen (vanwege de dreiging Df5) en ik ervan overtuigd was dat het toreneindspel gewonnen was voor wit. Toch viel dit na de analyse een beetje tegen en geef ik ruiterlijk toe dat Dg3 toch beter was, ook als zwart de dames geruild zou hebben.

Stelling na 39e zet van wit indien 38. Dg4 Dxg4 39. hxg4 gedaan was:


Op 39. …. a4 kan het volgende speltype ontstaan: 40. Tf8 f6 41 Kg3 Kg6 42 Ta8 Kf7 43 Kf4 a3 44 Ta7+ Kg6 45 g3 Ta1 46 Ke3 a2 47 Kf4 Td1 48. Txa2 Td3 49 Ta7 Td1 50 Ke3 Kh7 51 f4 Kg6 52 Tb7 Kh7 53 Td7 Te1+ 54 Kd4 Td1+ 55 Kc5 Kc1+ 56 Kd6 Kg6 57 e5 en we kunnen de witte winst zo langzamerhand wel noteren.

Moeilijker wordt het na 39. …. g5 (+/- 1,50) want na bijvoorbeeld 40. d6 Td2 41. e5 a4 42. Ta8 Kg6 43. Kg3 Kg7 44. Txa4 f6 45 exf6+ Kxf6 46 Ta6 Ke6 47 d7+ Kxd7 48 Txh6 Ke7 49 Tg6 Td5 50 Ta6 heeft wit heeft nog een harde noot te kraken.

Bij Hans ga ik een fragment uit de partij halen na de 18e zet van wit. De stelling is dan:

Wit: Arjan Hennink
Zwart: Hans



Zwart is aan zet nadat wit hier 18. De2-f3 gespeeld heeft.

Hans vervolgde hier met 18. …. h4, ongetwijfeld om het witte paard terug te jagen. Dat lukte, want Arjan haalde het paard terug naar f1 (dus 19. Pf1 voor alle duidelijkheid) en Hans had licht voordeel kunnen krijgen na zetten als 19. …. c4 of 19. … 0-0. Het gespeelde 19. …. b4 was in elk geval niet goed en wit kwam langzaam maar zeker beter te staan, maar zijn 32. Tf1 (i.p.v. Dc4) was een fout. Het zwarte antwoord .... Tg3 was ook niet nauwkeurig, 32. .... Lxd3 was de aangewezen zet, maar toen wit vervolgens 33. Tf3? speelde kon zwart rustig naar remise manoeuvreren en was het zelfs wit die moest uitkijken.

De moeite waard is te weten dat wit het paard na zwarts 18e zet rustig 'in' had kunnen laten staan en voordeel had kunnen halen door 19. f5! te spelen in plaats van Pf1.

Laten we de hoofdvariant die dan ontstaat maar eens doornemen: 19. …. Dxe5 (19. exf5 Pxf5) 20. fxg6 f5 (…. hxg3 21. gxf7+) 21. Ld2 fxe4 22. Pgxe4 Tf8 23. Dg4 Df5 24. Pg5 Df2+ (….Dxg4 is beter, maar Df2+ is waarschijnlijker in de promotieklasse en bovendien leuker en op zich kansrijker voor zwart dan afruilen naar mindere stelling) 25.Kh2 Dxd2 (eerst 25. … Ld6 + 26. Kh1 verbetert de witte stelling alleen maar; terugkomend op de 25e witte zet -Kh2 dus-: op het gelijkwaardige 25. Kh1 vervolgt Fritz met …. Pc7 in plaats van het slaan van de loper op d2. Het waarom is mij niet meteen duidelijk, een mens moet èrgens afhaken en ik heb besloten dat hier te doen … wie de schoen past trekke hem aan…)

26. Pxe6 Pf6 27. Dxh4 en nu moet zwart zijn toevlucht wel nemen tot 27. …. Dh6 omdat 27. …. Tg8 faalt door 28. Pxg7+ terwijl het vervolg na 27. …. Td5 28. Pxf8 Tg5 29. Txe7+ Kxe7 30. Te1+ Kd6 31. Te2 Dxe2 32. Dxg5 De8 33. Dg3+ wit alleen nog wat technische hoofdbrekens kan kosten. Wat een fraaie partij had dit kunnen worden!

De cruciale stelling bij Marco was deze:

Wit: dhr. Brinkers
Zwart: Marco



Wit is aan zet en zal wat moeten doen tegen de stevige dreiging 1 …. Ph2! Goede mogelijkheden lijken zetten als 1. Ke1 of waarschijnlijk nog beter 1. Kd2 met als mogelijke voortzetting 1. …. Th7 2. b4 Lg6 3. Txh7 Lxh7 4. Kc3 Pe3 5. Pd2 Lg6 6. c5 en zwart houdt weliswaar licht voordeel, maar de witte kansen zijn voldoende om een in tijdnood verkerende tegenstander het vuur na aan de schenen te leggen.

De witspeler ziet de dreiging echter volkomen over het hoofd en speelt meteen de zet die hij nog één zet had moeten uitstellen, omdat het nu een blunder is: 1. b4?? Hierna was het niet moeilijk meer voor Marco, er volgde nog
2. …. Ph2 3.Txh2 Lxf3+ 4. Kxf3 Txh2 5. a4 Th3+ 6. Ke2 Ta4 7. c5 bxc5 8. bxc5 Txa4 en met nog 2½ minuten (tegen 6) op de klok, had zwart weinig moeite met het uitmaken van de partij.

Goed beschouwd kreeg Marco de zege in de schoot geworpen, maar dat maakt niet uit want bij Rokado hebben we daar een diepzinnige filosofie over, namelijk deze: een punt is een punt!
Bovendien tilde dat punt Rokado in dit geval over de drempel en werd de felbegeerde promotie naar de KNSB-competitie een feit, zodat er meteen en zucht van verlichting door de zaal ging, ineens werden alle eerdere winstpartijen en remises belangrijk, terwijl de verliespartijen geen nadelige gevolgen gehad hebben, alle ingezette spelers delen dus in de prestatie/eer.

De partij van Rex was knap ingewikkeld voordat op de 26e zet de dames geruild werden, daarna kwam de volgende stelling op het bord:

Wit: Wouter Schönwetter
Zwart: Rex



Wit is aan zet. De dameruil was blijkbaar niet helemaal correct want Rex is zijn langdurige voordeeltje erdoor kwijtgeraakt, maar zonder dames is het wel wat overzichtelijker nu beide spelers niet al te veel tijd meer hebben, vooral voor mij als nerveuze toeschouwer. Wit kan in deze stelling met 27. f3 (27. Ld3 is ook niet slecht) de partij volledig in evenwicht brengen, maar Messemaker moet voor de winst gaan om 4-4 af te kunnen dwingen, terwijl Rokado aan remise genoeg heeft voor een 4½-3½ zege, dus speelt wit 27. Pc3 waarop zwart onmiddellijk sterk countert met 27. …. Lb3 en wit opnieuw en correct 28. Pe4 als beste zet vindt..

Beide spelers willen het niet laten aankomen op beslissende tijdnood en voeren hun zetten snel uit, maar Rex speelt hier wederom foutloos, want op zijn antwoord 28. …. Tf4 is niets aan te merken. Hier had wit echter beter met 29. Lf3 of desnoods 29. Pg3 kunnen voortzetten, want zijn gespeelde zet 29. Pc5 is een fout vanwege het sterke antwoord 29. … Td2!, de zet die zwart dan ook a tempo uitvoerde.

Het ging met gezwinde spoed verder met 30. Lc1 Txe2 31. Pxb3 (of eerst Lxf4, ik ben dat even kwijt, maar na 32 zetten hebben we in ieder geval weer de juiste stelling op het bord) 31. …. axb3 32. Lxf4 exf4

Bij wit is de scherpte er nu af terwijl Rex telkens de sterkste of ‘bijna sterkste’ zet blijft doen: 33. Tac1 Lb2 34. Tc7 Ld4 35. Tfd1 b2 36. Tf1 Txf2 en wit gaf het op.

Eindstand 5-3 voor Rokado en nu: op naar de KNSB!

L. van Rhijn

Dit artikel is hier in een overzichtelijker lay-out te lezen:

De fragementen zijn hier na te spelen:

Geen opmerkingen: