Het zit er weer op. Door mijn laatste drie partijen te winnen heb ik een dreigende herhaling van een fiasco (ik stond op 1.5 uit 4) a la 2009 afgewend en lijkt de score van 4.5 uit 7 nog ergens op. De winstpartijen tegen Paul Dekker en Wil Sparreboom waren niet echt interessant, de zege op Spaan had iets meer om het lijf. Al mijn partijen van het afgelopen PK zijn met een bordje hier na te spelen.
Overtuigend winnaar dit jaar is Harold van Dijk geworden die elke partij met eigenzinnig spel vol op de winst speelde. In de derde ronde had ik een gouden kans om hem te vloeren, het is me helaas niet gelukt. Hij won op één na al zijn partijen, maar ook zijn enige remise, tegen clubgenoot Glissenaar, speelde hij uit tot het op het bot. Een geweldigde schaker, die Harold van Dijk.
In de laatste ronde mocht houwdegen, en generatiegenoot, Rob van der Plas (2146) van RSR Ivoren Toren het proberen. Hij koos de scherpe vierpionnen variant van het Koningsindisch en ging snoeihard voor het volle punt. Maar ook hij slaagde niet in zijn missie en moest zijn partij opgeven. Verrassend andere prijswinnaars waren Glissenaar en van der Leij. Akrawi had een gedeelde tweede plaats kunnen pakken als hij niet zo nodig met Jan Evengroen een geprefabriceerde ongeinpartij op het bord had gelegd. Dat kostte hem toch een cruciaal halfje. In het ongetwijfeld amusante verslag van Aad Juijn daarover vast meer.
Op de RSB-site kwam ik dit filmpje van Ab Scheel tegen uit de derde ronde met onder andere de ontknoping van mijn partij tegen Harald van Dijk. Let ook op het kostelijke commentaar van Gerard Kool. Tsja, alles is zo gemakkelijk. Achteraf dan.
Rick
Geen opmerkingen:
Een reactie posten